De mogelijkheden voor onderwijs aan asielkinderen moeten worden verruimd, anders komt dit fundamentele recht in gevaar door een gebrek aan mankracht en geld. Daarvoor waarschuwen onderwijswethouders van de grote steden. Een versoepeld regime van het kabinet, zoals dat nu geldt voor kinderen uit Oekraïne, kan soelaas bieden, zo schrijft het AD woensdag.

Elk kind heeft recht op onderwijs, staat in het VN-Kinderrechtenverdrag. Dat betekent dat in ieder geval basisonderwijs voor ieder kind gratis beschikbaar moet zijn en voortgezet onderwijs toegankelijk. Maar door het enorme lerarentekort in Nederland en de nog grotere krapte in de grote steden, worstelen zij met de uitdaging om jonge, leerplichtige nieuwkomers toch een vorm van onderwijs te kunnen blijven bieden.

Den Haag krijgt er bijvoorbeeld gemiddeld 35 kinderen met een nieuwkomersachtergrond per week bij, nog buiten de instroom van Oekraïners gerekend. Kinderen van asielzoekers, statushouders, arbeidsmigranten en kennismigranten. Honderden van hen staan op een wachtlijst voor nieuwkomersonderwijs. Tegelijk kampt de Hofstad - niet als enige - met torenhoge tekorten aan onderwijspersoneel op reguliere scholen.